Anatomie, fysiologie en pathologie
Om dieren professioneel te kunnen verzorgen, is kennis van de anatomie en de fysiologie van de dieren noodzakelijk. In deze module leer je op welke punten je moet letten om te zien of een dier gezond is. Hoe staat het bijvoorbeeld met de conditie? Ziet de huid er goed uit? En hoe is het eetpatroon? Daarnaast komen het bewegings- en circulatieapparaat, de huid, de zintuigen en de ademhaling aan bod. Ook de spijsvertering en algemene ziekteverschijnselen worden besproken. En omdat voorkomen beter is dan genezen, besteedt deze module ook nog aandacht aan verschillende therapieën voor dieren. En wat als het dier toch ziek wordt? Wat kun je er dan tegen doen? Dat en nog veel meer leer je in dit onderdeel.
Huisvesting van dieren
Volières, kennels en cattery’s, aquaria… Wanneer je dieren wilt gaan houden, is het belangrijk eerst stil te staan bij de huisvesting. Wat is er verkrijgbaar en waar moet je aan denken bij de inrichting van bijvoorbeeld een kooi of aquarium? Daarnaast is het voor de hygiëne van belang dat het verblijf van het dier goed schoon is. Je leert waar je op moet letten bij het opzetten van een dierenbedrijf en doet een schat aan kennis op over allerlei dieren. Waarom doen ze bepaalde dingen? Waarom eten honden soms gras? En waarom houden veel dieren een winterslaap?
Werken volgens wetten en voorschriften 1
Als dierenverzorger moet je op de hoogte zijn van de wettelijke regelingen die betrekking hebben op de uitoefening van je beroep. Daarom worden in dit vak alle wetten en regels waar je mee te maken kunt krijgen, besproken. Je leert precies wat ze inhouden en wat ze voor jou in de praktijk betekenen.
Voeren en verzorgen dieren
In dit onderdeel leer je alles over het voeren en verzorgen van dieren. Zo kom je te weten welk dier op welk moment eten nodig heeft en hoeveel. En als je dieren moet voeren, is het handig als je ook weet hoe je deze moet aanpakken. Naast voeding, is water natuurlijk heel belangrijk. Je leert dan ook hoe je kunt inschatten hoeveel water een dier nodig heeft. Verder doe je in dit onderdeel basiskennis op van de verzorging van bijvoorbeeld de vacht, hoeven en het gebit. Ook komt er een stukje gezondheidszorg aan bod en staan we stil bij verschillende wetten en regels die er zijn op het gebied van het houden van dieren.
Communiceren en instructie geven
In deze module wordt ingegaan op de verschillende vormen van communiceren. Je leert instructie geven en klanten en collega’s adviseren en informeren. Ook het samenstellen van voorlichtingsmateriaal komt aan bod.
Biologie en diergezondheid
In deze module leer je alles over de algemene biologie van dieren. Er wordt ingegaan op veelvoorkomende rassen en soorten en hun specifieke verzorging en er is aandacht voor voedingsleer en dieetvoeding.
Voortplanting en verzorging van dieren
In deze module leer je dieren te begeleiden en te verzorgen bij de voortplanting. Er is aandacht voor het proces van voortplanting, de verzorging van moeder en jongen en het socialiseren van jonge dieren. Aan het einde van de module kun je dieren begeleiden in het voortplantingsproces en weet je wat je zelf kunt doen en wanneer een deskundige ingeschakeld moet worden.
Klantgericht werken
In deze module leer je commerciële activiteiten uit te voeren en klanten goed te bedienen. Na afloop weet je hoe je commerciële activiteiten kunt uitvoeren op een klantgerichte manier.
Voorraadbeheer
In deze module leer je alles over het bewaken van voorraden. Ook het tijdig contact onderhouden met leveranciers van dierbenodigdheden wordt besproken. Daarnaast leer je voorraden correct en accuraat registreren in het voorraadsysteem.
Dieren EHBO
Wanneer je een gewond dier wilt helpen, is het uitermate belangrijk om te weten hoe je dit moet doen. In deze module leer je wat je kunt en mag doen in verschillende situaties. Je leert hoe je een beeld vormt van de toestand van het dier en van wat er gebeurd is. Ook leer je hoe je verschillende dieren benadert, ze indien nodig verplaatst en hoe je omgaat met agressieve of schuwe dieren. Je leert spoedeisende klachten en trauma’s herkennen en vervolgens handelen naar je bevindingen. Zo leer je beademen, hartmassage geven, bloedingen stelpen, verschillende soorten verband aanleggen en wonden behandelen. Tot slot leer je wat je moet doen bij oververhitting, verbranding of vergiftiging. Wat moet je doen en wat mag je juist niet doen?