Cluster 3: Complexe hulpverleningsvraagstukken
|
30 |
|
OntwikkelingspsychologieOntwikkelingspsychologie
In deze module krijg je inzicht in de ontwikkelingsfases van een kind, adolescent, volwassene en oudere.
|
5 |
|
Werken met vrijwilligers en ervaringsdeskundigenWerken met vrijwilligers en ervaringsdeskundigen
Deze module geeft inzicht in de context van het huidige vrijwilligerswerk. Het beschrijft de trends en nieuwe vormen van vrijwillige inzet waar je als SPH’er in het werkveld mee te maken kunt krijgen. Je leert de beweegredenen kennen van vrijwilligers en ervaringsdeskundigen, hoe je vrijwilligerswerk vorm kunt geven binnen een organisatie, hoe je vrijwilligers kunt werven, selecteren, behouden, begeleiden, erkennen, waarderen en belonen. Ook leer je hoe je veranderingstrajecten kunt inzetten en hoe ervaringsdeskundigen met levenservaring een waardevolle bijdrage kunnen leveren in bepaalde vakgebieden, bijvoorbeeld de effectieve inzet van ex-verslaafden.
|
5 |
|
Casemanagement in hulpverleningstrajectenCasemanagement in hulpverleningstrajecten
In deze module wordt stilgestaan bij de eisen die worden gesteld aan de SPH’er binnen de diverse vormen van hulpverlening; ambulante en residentiële hulpverlening, vrijwillige hulpverlening en hulpverlening in het kader van drang of dwang. Ook komen de begrippen mentorschap en persoonlijk begeleiderschap aan bod. Wanneer hulpverlening ongewenst is wordt er een bijzonder beroep gedaan op de SPH’er als het gaat om motiveren en activeren om tot een gezamenlijk plan te komen waarbij de cliënt een actieve participatie toont. Hulpverlenen op het scherpst van de snede, vakkennis en finesse zijn hierbij van belang.
|
5 |
|
Residentiële hulpverleningResidentiële hulpverlening
In deze module leer je meer over complexe hulpvragen in het SPH-werkveld in het algemeen en in residentiële instellingen in het bijzonder. Er is aandacht voor thema’s als drang en dwang, opname in residentiële instellingen, het regime in deze instellingen, crisisopvang, psychiatrie, de gesloten jeugdzorg, zware middelen, jongere gevangenissen en licht verstandelijk gehandicapten binnen justitie. Hierbij is kennis van recht noodzakelijk, leer je over het groepsklimaat in residentiële instellingen en hoe dit klimaat positief te bínvloeden, zodat de eigen kracht en verantwoordelijkheid van de cliënt in het hulpverleningstraject centraal blijft staan.
|
5 |
|
PsychopathologiePsychopathologie
Deze module gaat in op de kenmerkende factoren van psychiatrische problemen. Je leert de kenmerkende eigenschappen van en het onderscheid tussen verschillende psychiatrische beelden. Je leert een gedegen diagnostiek uitvoeren en een passende behandelmethode inzetten.
|
5 |
|
Cultuursensitieve hulpverleningCultuursensitieve hulpverlening
Deze module geeft je een kader om de problematiek van cliënten te begrijpen, zoals zij deze zelf zien. Cliënten moeten de oplossingen voor problemen die de hulpverlening hen biedt kunnen begrijpen, hanteren en integreren in de eigen leefsituatie. Bij het omgaan met de vraagstukken handelt de cliënt vanuit een cultureel bepaald referentiekader. Je verkent je eigen culturele opvattingen, overtuigingen, normen en waarden en die van een aantal cliëntgroepen op diverse relevante aspecten. Je leert onderzoekend te kijken naar je eigen gedrag en dat van cliënten en deze te bevragen op cultureel relevante aspecten. Je leert om als hulpverlener via de ogen van de cliënt te kijken, naar zijn of haar omstandigheden en in het proces van hulpverlenen om te gaan met cultuurverschillen tussen en met cliënten.
|
5 |
|
Cluster 4: Professionele samenwerking
|
30 |
|
GroepsdynamicaGroepsdynamica
Deze module gaat verder in op het versterken van je competenties op het gebied van de hulpverlening aan cliënten en het werken aan professionalisering. Door de verdiepende kennis over groepsdynamica, wordt er een basis gelegd voor het begrijpen van groepsgedrag en hun invloeden.
|
5 |
|
Integraal (net)werken en samenwerkenIntegraal (net)werken en samenwerken
Deze module geeft je een kader om de aanpak van individuele problemen van cliënten integraal te benaderen, en met behulp van samenwerken in het professionele netwerk een effectieve aanpak te ontwikkelen. Je leert om een netwerk in kaart te brengen, zowel van de cliënt als een eigen netwerk van professionals en vrijwilligers. Je leert adequaat contacten leggen en communicatie tot stand brengen met cliënten, hun naaste omgeving, vrijwilligers, collega’s en organisaties. Ook leer je verschillende rollen aannemen, soms als ondersteuner, soms als degene die de kar trekt.
|
5 |
|
Project- en kwaliteitsmanagementProject- en kwaliteitsmanagement
Deze module leert je om kwaliteitsvraagstukken professioneel te benaderen. Je leert om de context van de werkvloer te verbinden met de bredere organisatie/maatschappij/wereld. Je bent je bewust van het dynamische karakter van het begrip kwaliteit, waarbij het belang van de cliënt centraal wordt gesteld. Kennis van kwaliteitsmanagement- en projectmethodieken stelt je in staat verantwoordelijkheid te nemen en verbetermogelijkheden en veranderbehoeften om te zetten in resultaatgerichte projecten.
|
5 |
|
InternationaliseringInternationalisering
In deze module leer je meer over de internationalisering binnen het SPH-werkveld. Daarbij draait het om twee kerndoelen. Als eerste gaat het om het vernieuwen van kennis en methodieken aan de hand van wat men in andere landen gebruikt. Kennis hierover draagt bij aan innovatie van het vak in het eigen land. Ten tweede gaat het om gezamenlijk onderzoek en het críren van nieuwe kennis en methodieken met betrekking tot grensoverschrijdende vraagstukken.
Deze module heeft daarnaast ten doel om je interculturele competenties uit te breiden. Je moet in de uitoefening van je beroep immers in staat zijn om kennis en methodiek uit een andere cultuur te vertalen naar de praktijk in Nederland, en andersom.
|
5 |
|
Onderzoek en innovatieOnderzoek en innovatie
Deze module geeft je een handvat om (wetenschappelijke) artikelen te kunnen lezen, analyseren en de bruikbare elementen te vertalen naar hun eigen werkveld en praktijk. Door deze vaardigheid kun je innovatieve elementen in een onderzoek signaleren en benoemen, zodat je deze kunt gebruiken om de methodieken die je zelf (of de organisatie waar je werkt) gebruikt te updaten of upgraden. Innovatief denken stelt je bovendien in staat om in de toekomst zelf mogelijkheden of noodzaak voor innovaties te signaleren in de SPH-praktijk.
|
5 |
|
Praktijkintegratieopdracht cluster 3 en 4Praktijkintegratieopdracht cluster 3 en 4
In deze module pas je de opgedane kennis op geïntegreerde wijze toe in een praktijksituatie.
|
5 |
|
Cluster 5: Normatieve professionalisering
|
30 |
|
Maatschappelijke vraagstukkenMaatschappelijke vraagstukken
Deze module geeft je een kader om de individuele problemen van cliënten in een maatschappelijke context te kunnen plaatsen. Cliënten maken onderdeel uit van een breder sociaal systeem, waardoor er maatschappelijke (uitsluitings)processen zijn die invloed kunnen hebben op het gedrag en de (leef)omstandigheden van de cliënt. Cliënten zijn vaak het product van hun socialisatie. Je leert de cliënt centraal te stellen en aan te sluiten bij de leef- en belevingswereld van de cliënt. Sociologische kennis stelt je tevens in staat om bredere maatschappelijke processen te kunnen signaleren en hier je handelen op aan te passen of nieuwe hulpverleningsinitiatieven te ontplooien.
|
5 |
|
Observeren en rapporterenObserveren en rapporteren
In deze module leer je de kern van het SPH-werkveld: observeren (zorgvuldig waarnemen). Je leert onderscheid te maken tussen feitelijke waarnemingen en subjectieve interpretaties, hoe je kunt kiezen voor betrouwbaar observatiesysteem, hoe je observaties kunt registreren, interpreteren en rapporteren.
|
5 |
|
Professioneel handelen en reflecterenProfessioneel handelen en reflecteren
In deze module leer je wat reflectie is, op welke manier je kunt reflecteren en wat het doel en de zin van reflecteren is. Daarbij worden verbanden gelegd met theoretische achtergronden uit de filosofie en de psychologie. Van de SPH-er nieuwe stijl wordt bijvoorbeeld verwacht dat hij in staat is om actief feedback te vragen en te geven, te reflecteren op zijn eigen professionele houding, identiteit en handelen en op zijn positie binnen het cliëntsysteem en in de eigen organisatie. Reflectie is een voorwaarde voor de professionele ontwikkeling maar ook zeker voor je individuele empowerment.
|
5 |
|
Signaleren en agenderenSignaleren en agenderen
Van de SPH’er wordt een hoge mate van opmerkzaamheid en betrokkenheid bij de cliënt en de omgeving verwacht. Meer dan vroeger behoort signaleren tot de kerntaak en wordt er verwacht dat je kwetsbaarheid en onaangepastheid signaleert, ‘vermaatschappelijkt’, intervenieert en agendeert. Er wordt een voortrekkersrol bij cruciale vernieuwingen in de participatiesamenleving toebedeeld aan SPH’ers. Na deze module ken je deze rol en weet je hoe je deze rol kunt vervullen.
|
5 |
|
Omgaan met conflicten en agressieOmgaan met conflicten en agressie
De module leert je agressieve incidenten te analyseren op oorzaak en vorm. Je leert over de achtergronden van conflicten en agressief gedrag om het beter te kunnen begrijpen. Je leert signalen vroegtijdig op te pikken om agressie om te buigen en /of de schade te minimaliseren. In de module wordt gebruik gemaakt van recente (politieke) inzichten omtrent het voorkomen en terugdringen van agressie en geweld. Je krijgt zicht op agressie- beleid in instellingen en worden uitgedaagd zelf een visie te vormen over conflicten en agressie binnen de zorg.
|
5 |
|
Interculturele communicatieInterculturele communicatie
Deze module reikt je een kader aan voor het omgaan met cultuurverschillen en interculturele communicatieprocessen. Je leert adequaat en waar nodig creatief (bijvoorbeeld door het inzetten van muzisch-agogische activiteiten die op de cultuur van de cliënt zijn toegesneden) omgaan met cultuurverschillen en communicatiebarrières, wat nodig is om met een cliënt een relatie aan te gaan. Je leert de cliënt te ondersteunen bij het overwinnen van communicatiebarrières.
|
5 |
|
Specialisatiefase cluster 6: SPH-Generalist
|
30 |
|
Effectieve interventies GeneralistEffectieve interventies Generalist
In deze module leer je welke interventies inzetbaar of toepasbaar zijn in verschillende situaties. Je leert zo kansen te benutten, verantwoordelijkheden te nemen en beperkingen te zien.
|
5 |
|
Sociaal ondernemerschapSociaal ondernemerschap
De module Sociaal ondernemerschap bereidt je voor op de beroepspraktijk waarin je alert moet zijn op door burgers aangedragen oplossingen voor hulpvragen. Je leert om de door hen aangedragen oplossingen te analyseren, concretiseren en bij de uitvoering ervan een ondersteunende, maar niet leidende rol aan te nemen. Welke stappen liggen er tussen droom en daad en welke methodieken zijn er om de regie zoveel mogelijk bij de burger te laten? Deze vraagstelling impliceert ook grenzen. Niet elke cliëntengroep is tot volledig zelfbeheer in staat. Soms is professionele ondersteuning gedurende een langere periode of zelfs permanent noodzakelijk.
|
5 |
|
Wijkgericht werkenWijkgericht werken
In de module wijkgericht werken leer je te kijken naar de relatie tussen wijkgericht beleid en de cliënt binnen het informele cliëntsysteem. Je leert kritisch te kijken naar het beleid van je eigen gemeente. Hoe wordt hier omgegaan met wijkgericht werken, welke positie heeft het wijkteam hierin en waarom is dit zo vormgegeven? Daarnaast leer je wat belangrijk is voor wijkgericht werken. Elementen als vraaggericht werken, outreachende hulpverlening en generalistisch werken komen hierbij aan bod.
|
5 |
|
Specialismen voor de generalistSpecialismen voor de generalist
De SPH-werkterreinen die in deze module van toepassing zijn, zijn jeugdhulpverlening, gehandicaptenzorg, ouderenzorg, psychiatrie, verslavingszorg, justitiële hulpverlening en maatschappelijke opvang. Je leert in deze module om je basiskennis op deze terreinen onder te brengen in een stroomdiagram of stroomschema.
|
5 |
|
Levensbeschouwelijke vragen en kwaliteit van levenLevensbeschouwelijke vragen en kwaliteit van leven
Als sociaal werker begeleid en ondersteun je de cliënt vanaf diens subjectieve vertrekpunt. Sommige cliënten mijden om zorg om uiteenlopende redenen. Andere cliënten wensen een interventie die om wat voor reden dan ook niet beschikbaar is.
Ook in deze situatie blijf je in dialoog met de cliënt en ga je het gesprek aan met de kwaliteit van leven als hoofdthema. Omgekeerd moet je als sociaal werker in staat zijn om de cliënt te blijven begeleiden als deze aangeeft dat alle problemen hem/haar boven het hoofd groeien en geen enkele interventie werkzaam lijkt.
Deze module leert je om problematiek die te maken heeft met levensbeschouwelijke vragen en kwaliteit van leven te herkennen, een strategie te kiezen en het gesprek aan te gaan. Daarbij is aandacht voor diverse analyse- en gesprekstechnieken. Daarnaast besteedt deze aandacht aan de relatie tussen zingeving, geluk en gezondheid.
|
5 |
|
Praktijkintegratieopdracht cluster 5 en 6Praktijkintegratieopdracht cluster 5 en 6
In deze module pas je de opgedane kennis op geïntegreerde wijze toe in een praktijksituatie.
|
5 |
|
Specialisatiefase cluster 6: Jeugdzorgwerker
|
30 |
|
Effectieve interventies JeugdzorgwerkerEffectieve interventies Jeugdzorgwerker
In deze module leer je welke interventies inzetbaar of toepasbaar zijn in verschillende situaties. Je leert zo kansen te benutten, verantwoordelijkheden te nemen en beperkingen te zien.
|
5 |
|
JeugdzorgbeleidJeugdzorgbeleid
In deze module ontwikkel je zicht op het veranderlijke beleid binnen de jeugdzorg. Deze veranderingen komen voort uit maatschappelijke ontwikkelingen en (wetenschappelijke) inzichten. Ontwikkelingen kunnen ook voortkomen uit gebeurtenissen die een individu betreffen, of juist de maatschappij als geheel raken. Je leert onderscheid te maken tussen de verschillende lagen waarin deze veranderingen plaatsvinden; landelijk, provinciaal of op het niveau van de organisatie. Je leert een vertaalslag te maken van landelijk of lokaal beleid naar je eigen handelen als professional.
|
5 |
|
Jeugd en opvoedingproblematiekenJeugd en opvoedingproblematieken
De Jeugdwerker van de toekomst is competent in het aangaan van een samenwerkingsrelatie met de persoon of het gezin dat hulp nodig heeft en alle betrokken personen eromheen. Je leert om de hulpbehoefte vast te stellen en een passende hulpverlening te organiseren. Hiervoor is het nodig dat de kunt denken vanuit de belevingswereld van een puber/jeugdige, kennis hebt van cognitieve processen die zich per specifieke leeftijdsgroep voordoen en van gangbare interesses, belangen en specifieke problemen die zich voordoen binnen een bepaalde leeftijdsgroep. Ook ben je je bewust van het belang van het gezin op de ontwikkeling van kinderen en weet je welke gezins- en omgevingsfactoren hier invloed op kunnen uitoefenen.
|
5 |
|
MultiprobleemgezinnenMultiprobleemgezinnen
In deze module leer je op een methodische wijze een (be)handelingsplan op te stellen dat tegemoet komt aan de belangen van de jeugdige en dat aansluit bij het systeem. Je leert hoe kindermishandeling kan worden gesignaleerd en hoe om dient te worden gegaan met huiselijk geweld.
|
5 |
|
Huiselijk en seksueel geweldHuiselijk en seksueel geweld
Deze module gaat over de aspecten die bij het aanpakken van huiselijk geweld van elementair belang zijn. Je leert de aard, omvang, oorzaken en gevolgen van huiselijk en seksueel geweld kennen. Vervolgens leer je de sluitende aanpak, de ketenaanpak, de instrumenten en methodieken die je hierbij kunt inzetten. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar de systeemgerichte benadering van huiselijk en seksueel geweld en ‘Signs of Safety’.
|
5 |
|
Praktijkintegratieopdracht cluster 5 en 6Praktijkintegratieopdracht cluster 5 en 6
In deze module pas je de opgedane kennis op geïntegreerde wijze toe in een praktijksituatie.
|
5 |
|
Specialisatiefase cluster 6: GGZ-Agoog
|
30 |
|
Psychologie en psychiatriePsychologie en psychiatrie
Je leert op basis van inhoudelijke kennis met betrekking tot psychopathologie, symptomen in de praktijk herkennen. Verder is er aandacht voor risicotaxatie, leer je cliënten met uiteenlopende psychiatrische problematieken begeleiden en ben je in staat om af te stemmen op hulpvragen van de cliënt.
|
5 |
|
Methodisch werken in de ggzMethodisch werken in de ggz
Tijdens deze module leer je methodisch werken. Verder leer je tijdens het hulpverleningsproces (een combinatie van) interventies uitvoeren die afgestemd zijn op de cliënt en situatie op basis van brede, inhoudelijke kennis met betrekking tot veel gebruikte methodieken in de ggz.
|
5 |
|
PsychofarmacaPsychofarmaca
Tijdens deze module leer je observeren, rapporteren, signaleren en anticiperen indien nodig bij medicatiegebruik van cliënten, de werking en bijwerkingen van drugs en geneesmiddelen.
|
5 |
|
Beleid in de ggzBeleid in de ggz
Je leert op basis van landelijk en lokaal beleid, voor de ggz relevant, een vertaalslag maken naar professioneel en verantwoord handelen in de beroepspraktijk.
|
5 |
|
Specifieke doelgroepen in de ggzSpecifieke doelgroepen in de ggz
Je leert tijdens het hulpverleningsproces aandacht te hebben voor de cliënt en diens specifieke krachten en aandachtspunten. Verder leer je de communicatie, bejegening en interventies hier op afstemmen op basis van kennis over de doelgroep waartoe de cliënt behoort.
|
5 |
|
Observeren, signaleren en rapporterenObserveren, signaleren en rapporteren
Na deze module ben je in staat een objectieve gedragsobservatie te doen en de resultaten hiervan op secure wijze schriftelijk vast te leggen. Hierbij is aandacht voor psychopathologie, groepsdynamiek en signaleringsplannen.
|
5 |
|
Cluster 7: Stage
Tijdens de stage leer je werken in de praktijk, voer je praktijkopdrachten uit en ontwikkel je belangrijke vaardigheden. Bij de start van de stage wordt een stageplan gemaakt, waarin de leerdoelen op het niveau van de algemene hbo-competenties zijn opgenomen. Tijdens de stage zijn er twee functioneringsgesprekken over de voortgang/realisatie van het stageplan. Ter afronding van de stage wordt een stageverslag geschreven.
|
30 |
|
Cluster 8: Afstuderen
|
30 |
|
Methoden voor praktijkonderzoekMethoden voor praktijkonderzoek
In de module ‘Methoden voor praktijkgericht onderzoek’ krijg je inzicht in welke (onderzoeks)methoden geschikt zijn voor het veranderen van een praktijksituatie, hoe deze methoden toe te passen zijn, belangen die spelen bij veranderingstrajecten en hoe veranderingstrajecten geëvalueerd kunnen worden.
|
5 |
|
Toegepast onderzoek uitvoeren en advies gevenToegepast onderzoek uitvoeren en advies geven
In toegepast onderzoek of praktijkgericht onderzoek gaat het om het onderzoeken van een probleem. Dit kan naar aanleiding van een gesignaleerd probleem uit het werkveld of naar aanleiding van een vraag vanuit een organisatie of instelling. Je leert om het onderzoek, dat ten grondslag ligt aan het advies, methodisch op te bouwen. Het onderzoek resulteert in conclusies en aanbevelingen. Je leert het adviesrapport overtuigend vorm te geven. Daarmee draag je bij aan de professionalisering van de organisatie en het werkveld.
|
5 |
|
Praktijkgericht onderzoek en mondelinge afstudeerzittingPraktijkgericht onderzoek en mondelinge afstudeerzitting
Met de afstudeeropdracht toon je aan dat je beschikt over hbo-bachelor niveau. De afstudeeropdracht is een praktijkonderzoek. Je gaat hierbij de geleerde theoretische kennis in de praktijk brengen.
|
20 |
|
Totaal Hoofdfase |
180 |
|
Totaal HBO-bachelor Sociaal pedagogische hulpverlening (SPH) |
240 |
|